PION 3 – ASV 8 (5-3)

De laatste keer dat wij tegen dit team speelden gingen wij ten onder. Theo meende echter dat PION 3 duidelijk sterker zou zijn qua opstelling. Gold zeker voor het eerste bord. Voor de rest zag ik nog niet zo veel veranderingen. Taktisch bekwaam was de opstelling van Jacques de Jong aan het laatste bord, die de Koningsindische loper van zijn opponent snel ruilde om vervolgens met een vernietigende aanval over de h-lijn toe slaan. Echter stonden we toen al achter want spoedig raakte ik de draad kwijt in een Catalaanse afruilvariant. Zwart speelde zeer bekwaam en voor de vorm deed ik nog een handvol zetten die de zaak alleen maar verergerden. Het werd nooit een partij. Pieter Thissen kwam met wit nooit in het voordeel, liet zich pennen op de e-lijn en mocht zich in de handen wrijven dat zijn tegenstander de partij in remise liet verzanden. Alexander Bouwman aan bord 3 kreeg zo maar in de Engelse opening de witte c-pion cadeau en aangezien daar geen compensatie voor terugkwam werd het een eindspel met paard tegen loper waarbij de klok het nog even benauwd maakte. Maar de winst bleef in zijn handen. Willert Reijnen, nieuw in ons team, probeerde een Middengambiet, kwam in slecht tot verloren paardeindspel terecht en waarom dat toch remise werd is mij ontgaan. Bij Tim Vriens, die met zwart een Sicilaanse partij heel goed speelde, waren de eerste kansen voor de Groesbeker en net toen de promotie van zijn a-pion voor de beslissing dreigde te zorgen liet hij onnodig een dodelijke tegenaanval toe. Rene Slaa to-verde iets onregelmatigs op het bord, maar dat betekende niet dat het niet deugde. Zijn stelling oogde heerlijk en hij maakte het keurig af. Wim Gielen had heel lang niet meer dan een solide stelling waarin hem niets kon gebeuren, voortgekomen uit zijn voor-keursopening , de Leningrader. In de slotfase wist hij toch een kwaliteit voor te komen.

Een vingerfout in de tijdnood van wit bezorgde PION 3 abrupt het volle punt.

Rinus Balkenende