Zo maar een partijtje?

Afgelopen vrijdag kon ik vroeg naar huis en mocht ik vaststellen dat het hellende vlak inmiddels definitief te glad is geworden. Ondanks de aanmoedigingen die ik van enige sympathieke clubleden mocht ontvangen zal er iets moeten gebeuren bijvoorbeeld extra inspanningen wil ik dit proces tot stilstand kunnen brengen. Laat staan terugschroeven. Deze partij verliep overigens niet stereotiep voor mij, dat wil zeggen een positieve stand met extra tijd weggeven door een blunder. Maar het lijkt wel interessant te zien waarom het vroeger wel ging en tegenwoordig niet meer.
Wit : Gerrit Gerritse
1.e4 e5
2.Pc3 In een schaakclub die niet zo hoog speelt gaat een aantal spelers anders om met openingen. Bij PION is een speler bekend die met wit steeds 1.f4 speelt hoewel in de literatuur bekend is, dat zwart op hoog niveau in drie van vier gevallen wint. Een andere speler doet bij voorkeur 1.b3 en daarvan is bekend dat wit afziet van elk openingsvoor-deel. Weer een ander opent met 1.d4 en speelt zo mogelijk 2.Lf4. Deze taktiek heeft abso-luut voordelen : de tegenstander heeft onvoldoende kwaliteit voor de weerlegging, die meestal heel technisch is en zelf raakt openaar zeer vertrouwd met alle in en outs van zijn speeltje. Zo zal ook deze zet bedoeld zijn om snel in eigen vaarwater terecht te komen. In ieder geval geldt ook hier dat je afziet van openingsvoordeel. Dat betekent niet dat zwart nu meteen in het voordeel is, maar uiterst langzaam moet manoevreren naar enig voor-deel als dat al te verwerven is. Doorgaans komt nu het Vierpaardenspel op het bord,

dat een hoog remiseperentage met zich meebrengt. …………….Lc5. Voorkomt 3.d4 en onderbindt de hobby 3.f4 . Ontwikkelt bovendien.
3.Dg4 Mijn tegenstander staat bij PION bekend als een houwdegen, hetgeen wordt onderbouwd door deze zet. Speel niet te vroeg je Dame naar voren, Euwe zei het al.
…………… Df6
4.Pf3 Pe7 Ontwikkelt, dekt de dameloper en voorkomt dat wits Paard naar d5 komt.
5.Dg3 d6
6.d3 Pbc6 Gezien het vervolg lijkt deze logische ontwikkelingzet meer de kat op het spek te binden. Voorzichtiger was 6……..h6.
7.Lg5 Dg6 In De6 zag ik niet veel omdat ik onmogelijk kon berekenen of ik meer dan voldoende compensatie zou krijgen voor de twee pionnen die aan wit toevallen. Ook thuis vond ik die compensatie niet.
8.Ph4 Wit gaat door roeien en ruiten.
……………..De6
9.Lxe7 Pxe7
10.Dxg7 Tg8
11.Dxh7 Df6 dreigt Th8 en ook iets op f2
12.Pf5 Lxf5
13.Pd5!! Die had ik niet gezien, hetgeen niet mag inhouden dat deze zet snel tot winst voor wit gaat leiden. Het bord staat in brand, een kolfje naar de hand van wit, maar niet van mij, die meteen veel mogelijkheden moet gaan doorrekenen. Het zelfvertrouwen daartoe is in mijn anderhalf jaar PION echter tot een subminimum geslonken. En het is dan ook geen wonder dat ik hier, ook na ampele overwegingen, de verkeerde neem.
In aanmerking komen 13………De6, 13………Lxh7, 13……..Lxf2 en 13………..Pxf5. De lezer mag hier zelf eerst maar eens een keus maken. Enfin ik speelde hier 13……Lxh7 en kan het witte Paard terugwinnen voor een derde pion na 14.Pxf6 Kd8 15.Pxh7 Tg6 16.h4 f6. Helaas blunderde ik hier door niet Kd8 maar Kf8 te spelen, waardoor Lh7 met schaak werd genomen , het Paard kon ontsnappen en zwart 2 pionnen achterbleef . Sterk voor zwart is 13…….Pxf5 !!!!! waarbij zwart beide Torens offert voor een beslissende aanval: 14.Dxg8 Ke7 15. Dxa8 Lxe4. Wit kan afzien van Dxa8 en Dg3 spelen en moet zwart nog werken voor de winst. Aan de lezer deze winst aan te geven.
Rinus Balkenende